Duimen en fopspeen baby

Duimzuigen of liever een fopspeen? Het blijft voor iedere ouder van een baby een lastige keuze. Kies jij voor duimen of de fopspeen voor je baby? Zowel duimen als een fopspeen voor je baby hebben nadelen.

Er zijn voor elk wel wat voordelen te bedenken, maar er zijn zeker nadelen. Het grootste nadeel hebben beide met elkaar gemeen: op een gegeven moment moet je kind de duim of speen afwennen.

Zuigreflex

Niet voor niets worden pasgeboren baby’s ‘zuigeling‘ genoemd. Al voor de bevalling heeft je baby zuigreflexen ontwikkeld en deze aangeboren zuigbehoefte helpt hem vanzelfsprekend om de eerste tijd voldoende voeding binnen te krijgen. Zeker in het begin is de zuigbehoefte bijna onbevredigbaar, want zelfs na de borstvoeding of de fles wordt direct gesabbeld op een aangeboden vinger. Bij het zuigen op een duim of een speentje komen de tong en de kaken, en later de tandjes, in de dezelfde positie te staan als bij het voeden: de tong plat tegen de onderkaak of onderlip.

Baby en peuter ervaren het zuigen als een prettige ervaring en niet zelden wordt het zuigen aangewend of aangeboden als troost of om in slaap te komen. Toch is er veel voor te zeggen om te proberen het duimzuigen of een fopspeentje te beperken tot het eerste jaar.

Oorontsteking

Tot de nadelen behoort het risico op bacterievorming dat, bijvoorbeeld, een middenoorontsteking tot gevolg kan hebben. Als je baby ergens op zuigt, ademt hij door zijn neus. Zodra het duimpje of de speen uit zijn mondje valt tijdens de slaap, dan blijft zijn mondje openstaan en ademt hij niet meer door zijn neus. Het slijm blijft in de neus hechten en vormt een voedingsbodem voor bacteriën. Omdat er een grotere luchtstroom door zijn mondje gaat, verdampt er meer speeksel en hoeft hij minder te slikken. Het gevolg daarvan is dat de Buis van Eustachius minder vaak open gaat en het inwendige ‘milieu’ van de oortjes onvoldoende wordt gereinigd, met een grotere kans op oorontsteking.

Tanden

Zodra je baby tanden krijgt, kan duimzuigen of een fopspeen een verhoogde kans geven op tandbederf (cariës) omdat zich rond het duimpje of de speen eenvoudig bacteriën kunnen nestelen. Dat kan ook tandvleesirritatie tot gevolg hebben of tandvleesontsteking. Bij langdurig zuigen worden de onderste tanden op den duur naar achteren geduwd door het duimpje, terwijl de boventanden naar voren kunnen komen. Een eventuele overbeet moet op latere leeftijd dan worden gecorrigeerd met een beugel.

Troost

Eén van de voordelen van duimzuigen of een fopspeentje is dat het je baby troost kan bieden als hij zich niet lekker voelt of niet goed kan slapen. Een speentje kan dan een uitstekend hulpmiddel zijn. Ook zul je de neiging hebben om het speentje of zijn duimpje in het mondje te stoppen na fles- of borstvoeding om hem tevreden te stellen. Realiseer je dan wel dat je de kleine aanleert om alleen maar tevreden te zijn zijn als hij iets in zijn mondje heeft. Op die manier wordt het steeds moeilijker om speen- of duimzuigen te beperken of af te leren.