Hersenen baby 6 maanden

Een baby heeft zich in het eerste half jaar al behoorlijk ontwikkeld, zeker de hersenen! In de komende zes maanden zie je dat zich weer hele bijzondere dingen ontwikkelen in andere hersengebieden. En het leuke is dat je die ook terugziet in de sprongen die hij nu maakt!

Als je nu naar de gedeeltes in de hersenen kijkt waar zich bijzondere dingen ontwikkelen, zie je dat dit compleet andere onderdelen zijn dan net na de geboorte. Dat alleen al maakt duidelijk hoeveel je baby zich al tijdens het eerste halve levensjaar heeft ontwikkeld.

Nu zijn de gedeeltes van de hersenen die een rol spelen bij het cognitieve leren, bewegingen, taal en sociaal-emotionele waarnemingen erg actief. Dat wil natuurlijk niet zeggen dat de andere gedeeltes van de hersenen nu niet actief zijn. Hersenen zijn altijd actief.

Als je je verdiept in de sprongen waar je baby tijdens deze periode doorheen gaat (‘relaties’, ‘categorieën’ en ‘opeenvolgingen’), dan zien dat deze allemaal te maken hebben met de hersendelen die nu het meest in ontwikkeling zijn.

Het echte denkwerk kan beginnen!

Kennisvergaring, het echte ‘leerwerk’, impliceert al een mate van bewustwording. Je bent echt iets aan het leren en niet alleen maar reflexmatig bezig. Zo zie je dat je baby nu al echt een denkertje is. Dat cognitieve leren begint zich nu te ontwikkelen en zal dat tijdens zijn kinderjaren blijven doen. Sterker nog: levenslang. Wel zie je natuurlijk dat kinderen in verhouding meer leren dan volwassenen. Daarom is bij hen dit gedeelte ook extra actief in de hersenen.

Herhalen is ‘hot’

Voor je baby is er nog zo veel te leren op deze wereld. En leren? Dat doe je door heel veel ervaring met iets op te doen. Dat verklaart ook waarom baby’s (en kinderen) vaak iets herhalen. Door herhaling leert men, is echt geen onzinnige uitspraak. De herhaling van iets vertelt ons immers dat dat wat de eerste keer gebeurde geen toeval was maar de wetmatige regel. Opnieuw, opnieuw en weer opnieuw doen is dus erg goed voor de cognitieve ontwikkeling. Het zal je dus niet verbazen dat je baby dat nu juist doet in deze periode waarin het gedeelte van de hersenen waar dit leerproces geregistreerd wordt, erg actief is.

Beweging: grove motoriek

Toen je baby geboren werd, kon hij zich nog niet bewust bewegen. Zijn lichaam bewoog ‘per ongeluk’. Of althans, hij dacht er niet bij na. Nu doet hij dat wel en dat merk je aan zijn grove motoriek. Die heeft zich de afgelopen maanden zo ontwikkeld dat je baby nu kan zitten (gemiddeld 6½ maand), kruipen (gemiddeld 9-10 maanden) en bezig is met de eerste stapjes (eerste losse stapjes gemiddeld met 12-14 maanden).

Van top naar teen

Iets grappigs aan deze grove motorische vaardigheden is dat een baby ze ‘van top naar teen’ ontwikkelt! Eerst de spieren in het hoofd en de nek, dan de armen en de romp, en vervolgens, tussen de 6 en 12 maanden, de romp en beenspieren die natuurlijk weer nodig zijn voor het kruipen en lopen.

De kwaliteit van het leerproces om de grof-motorische vaardigheden onder de knie te krijgen, wordt beïnvloed door onder andere de aanwezige hoeveelheid myeline in de hersenen. Hoe meer myeline, hoe beter en sneller informatie doorkomt en teruggegeven kan worden uit en aan de hersenen. Myeline ontwikkelt zich vanzelf, maar baby’s die borstvoeding krijgen, maken sneller meer myeline aan. Dat verklaart wellicht waarom baby’s die de borst krijgen zich ook lichamelijk sneller en beter ontwikkelen.

Taal

Praten tegen je baby is en blijft belangrijk. Je ziet dat je baby in deze tijd ook voor de eerste keer woordjes terug kan zeggen! Hoe meer jij praat en hem stimuleert, hoe beter dit zal gaan. In hoofdstuk 8 lees je precies wanneer je wat kunt verwachten van je baby als het om taal gaat en hoe jij je baby het beste kunt helpen bij het ontwikkelen van taal.

Sociaal-emotioneel

In de periode van 6-12 maanden zie je ook een sterke activiteit in het gedeelte van de hersenen dat zich met sociaal-emotionele zaken bezighoudt. Sociale interactie is de beste manier waarop een baby leert. Interactie tussen mensen, en met name de mensen die iedere dag om hem heen zijn, is essentieel voor een goede ontwikkeling en draagt bij aan het gevoel van zelfverzekerdheid en zelfs geluk. Hoe beter de interactie is, hoe meer je baby leert, hoe sneller hij dingen onder de knie heeft en hoe gelukkiger hij wordt. Niet niks dus.

Brein-groeispurt

Je merkt ook dat je baby nu steeds meer op interactie reageert en zelfs interactie initieert. In deze periode ontwikkelt een gedeelte binnen dit hersendeel zich extreem snel: er vindt een brein-groeispurt plaats in de frontale kwab. Deze zorgt ervoor dat er hechting plaatsvindt tussen mensen.

Hechting

De hechting die je al had opgebouwd met je baby, wordt dus nu in één keer nog dieper. Aan de andere kant snapt je baby hierdoor ook in één keer dat andere mensen ‘vreemden’ zijn. Daardoor zie je dat veel baby’s na het nemen van de mentale sprong met 6 maanden (relaties) en nog meer na het nemen van de sprong met 8½ maand (die van categorieën) angsten voor ‘vreemde’ mensen beginnen te ontwikkelen. De periode van ‘eenkennigheid’ breekt aan. In hoofdstuk 9 van Oei, ik groei! lees je meer over eenkennigheid en hoe jij het je baby wat makkelijker kunt maken op dit vlak.